Bijlow krijgt bijval: "Weet niet of je dat zo zwart-wit kunt stellen"
In gesprek met Voetbal International neemt Frans Hoek het op voor Feyenoord-doelman Justin Bijlow. De keeper van Feyenoord krijgt de laatste tijd kritiek, omdat zijn statistieken niet goed zouden zijn.
"Jij kan 96 makkelijke ballen pakken en er twee tegen krijgen en dan nog heb je een geweldig moyenne", begint Hoek. "Justin speelt bij een team dat zeer aanvallend speelt, vaak de bal heeft en dus per definitie weinig schoten te verwerken krijgt. Om dan een hoog moyenne te krijgen, moet je alle ballen pakken, want stel dat je er twee op doel krijgt en een gaat erin, sta je op maar vijftig procent."
"Neem de Zeefuik-goal, tijdens Feyenoord-FC Volendam", vervolgt Hoek. "Ik zie dat Justin uitkomt om de hoek klein te maken. Zeefuik heeft de bal aan zijn linkerbeen. Maar dan gebeurt het, Zeefuik kapt. Daardoor wordt de hoek ineens groter, want hij gaat van een kans in de korte hoek met weinig tot geen ruimte naar de lange hoek. Dus de situatie verandert totaal! Is dat dan een fout van de keeper? Ik weet niet of je dat zo zwart-wit kunt stellen."
"Vooropgesteld: een keeper met de kwaliteiten van Justin moet dat afstandsschot van Magnus Mattsson van NEC gewoon pakken. Het zag er makkelijker uit dan het was voor de keeper. Keepers weten dat als de bal vroeg stuit, ze tijd hebben en als-ie laat stuit, je met een bepaalde techniek de bal alsnog kunt stoppen. Maar deze dook als het ware vlak voor zijn arm naar beneden, terwijl hij al in de valbeweging was. Dus had Bijlow én weinig tijd én kon hij net niet de techniek uitvoeren bij een bal die dichtbij stuit. Maar hij stond positioneel wel goed, want de bal glipte onder zijn handen door", besluit Hoek.