Arne Slot in de voetsporen Wenger? "Dat zie je niet veel meer"
Arne Slot is bezig aan zijn derde seizoen bij Feyenoord. De eerste twee Eredivisiewedstrijden speelde Feyenoord in Rotterdam gelijk, waaronder de stadsderby tegen Sparta. De ploeg steeg in de ranglijst door met ruime cijfers te winnen van achtereenvolgens Almere, Utrecht, Heerenveen. Toch is de achterstand op koploper PSV nog altijd 10 punten.
Toch ziet hij zich nog wel even bij Feyenoord zitten, zo laat hij weten aan Voetbal International . "Ik heb nu geen enkele aanleiding te denken dat mijn toekomst er anders uit komt te zien. Er speelt niks, er is geen belangstelling en ik ben bezig met Feyenoord. Ik snap dat mensen denken dat ik hier nu zo lang zit en dat ik veeleisend ben. Dus moet ik wel blijven aanvoelen of spelers het leuk vinden en ze erachter staan. Ik heb het gevoel dat ze dat doen, krijg geen andere signalen. De reacties van spelers die laten weten graag onder me te werken, die houden van het voetbal dat we spelen, geeft mij juist heel veel energie." Of hij in de voetsporten treedt van Arsenal-legende Arsène Wenger? "Ja, ik zou best een soort Arsène Wenger kunnen worden bij Feyenoord, al zie je dat tegenwoordig niet veel meer. Diego Simeone is een uitzondering op de regel. Als je daar in Madrid het stadion binnenloopt, zie je van hem een borstbeeld. Dit jaar is het dus voor het eerst dat ik twee wedstrijden op rij verloren heb, Atlético Madrid en PSV. Dat is voor de rest toch best veel winnen, maar dan nog hoorde ik dat het sentiment een beetje begon te draaien. Dat kun je ook als een compliment zien. Het is een gevolg van wat we de afgelopen jaren samen al hebben bereikt hier bij Feyenoord." Toch is hij eerlijk, het moet een keer ophouden. "Pas wanneer je als trainer echt het gevoel krijg dat de mensen het minder beginnen te vinden, moet je je consequenties trekken. Dat punt is nog lang niet bereikt. Denk ik. Ik heb het nog heel goed naar mijn zin bij Feyenoord en haal nog steeds voldoening uit de uitdagingen die we hier hebben en het ontwikkelen van spelers en het team. Na iedere thuiswedstrijd, als ik vanuit de trainerskamer de supporters blij de trappen af hoor lopen, omdat ze weer vermaakt zijn, krijg ik die bevestiging", besluit de oefenmeester.